Dit is de tweede brief van de eerste cyclus van Brieven aan een (niet-)moeder. In deze serie zoek ik hardop mijn (niet-)kinderwens uit, door brieven te schrijven met mensen die zich ooit tot het moederschap hebben moeten verhouden, en voor wie de keuze al gemaakt is. Vorige week schreef ik een brief naar Xan (nog niet gelezen? Dat kan hier), deze week schreef die mij terug.
Lieve Alycia,
Dank voor je prachtige brief en dat ik me daardoor opnieuw mag verhouden tot het moederschap. Dat is pijnlijk en prachtig en vooral confronterend. Confronterend is goed, het brengt me dichter bij mezelf en daarmee dichter bij anderen.
Hoe ik het heb gedurfd, vraag je.
Moeder zijn is complex. Het is het meest kwetsbare wat ik ooit gedaan heb. Het is de rol waarin ik mezelf het meest heb teleurgesteld, de hoogste eisen aan mezelf heb gesteld, het belangrijkste wat ik ooit gedaan heb en waar ik me het slechtste op heb voorbereid. Het is tegelijk de mooiste rol van mijn leven én de rol die me, achteraf bezien, niet heeft gegeven wat ik ervan had verwacht: ik hoopte eindelijk een bloedband te voelen, onvoorwaardelijke liefde. Een klein mensje dat altijd van mij zou houden, van wie ik zou houden en die me zou geven wat ik mijn hele leven had gemist: de liefdevolle connectie tussen een moeder en een kind. Niet dat ik me bewust was van die wens toen ik zwanger werd, maar achteraf was dat wel waar ik naar op zoek was. Die liefde tussen mij en mijn kinderen is er, maar het was niet ongecompliceerd en ze heelden mij niet van mijn grootste trauma. Dat is hun taak ook niet. Kinderen krijg je niet voor jezelf. Of zoals Kahlil Gibran het verwoordde:
Je kinderen zijn je kinderen niet. Ze zijn de zonen en dochteren van ‘s levens hunkering naar zichzelf. Ze komen door je, maar zijn niet van je. En hoewel ze bij je zijn, behoren ze je niet toe. Je mag hen je liefde geven, maar niet je gedachten. Want zij hebben hun eigen gedachten. Je mag hun lichamen huisvesten, maar niet hun ziel, want hun ziel toeft in het huis van morgen, dat je niet bezoeken kunt, zelfs niet in je dromen. Je mag proberen hun gelijk te worden, maar tracht niet hen aan je gelijk te maken. Jullie bent de bogen waarmee je kinderen als levende pijlen worden weggeschoten. Laat het gebogen worden door de hand van de boogschutter een vreugde voor je zijn.
Je kinderen zijn je kinderen niet. Ik kende dit gedicht al voor ik mijn eerste kind kreeg, en toch had ik geen idee waar ik aan begon. Ik was zelf nog een kind, 24 toen ik zwanger werd en getraumatiseerd zonder dat ik het doorhad. De tijden waren anders, mij was altijd verteld dat ik geen trauma kon hebben van afgestaan zijn. Ik was immers nog zo klein en bovendien zo gewenst in het adoptiegezin. Maar ik was gepijnigd, verwond. Ik had een groot zwart gat in mijn borst dat er niet mocht zijn. Ik had wel therapie geprobeerd, maar iedere keer als ik bij het gat in mijn borst aankwam, werd daar niets mee gedaan. Tot de therapeut zei dat ik in de slachtofferrol zat en dat dat mij niet zou helpen. Daarna ben ik er nooit meer geweest: niet bij die therapeut en niet bij het gat in mijn borst.
Hij leerde me niet meer te voelen. Doorgaan, kop omhoog, geen gejank. En dat nam ik ook mee in mijn ouderschap. Soms maakt me dat verdrietig, vanwege de tekorten die ik had en doorgaf aan mijn kinderen. Maar als ik naar ze kijk, zie ik veel meer dan die tekorten. Mijn kinderen zijn prachtmensen. Alledrie. Als ik aan ze denk dan borrelt en bruist er iets op de plek waar eerst dat gat zat. Niet dat zij dat gevuld hebben, dat heb ik later zelf gedaan. En nu is het het meest levende, liefhebbende deel van mezelf. Waar ik niet heel, maar geheeld ben.
Ik ben zo streng voor mezelf en het gaat om mijn kinderen, hoe kan ik niet streng zijn? Ik heb een lijst met fouten in de opvoeding, die langer is dan de lijst met dingen die ik goed deed. Niet elke fout is desastreus, maar met kinderen kunnen fouten wel desastreuze gevolgen hebben. Dat maakt het het moeilijkste wat ik ooit gedaan heb. Het is als porselein vastpakken met slechte fijne motoriek en grote, eeltige vingers.
Weet je wat ik laatst leerde over schuldgevoel? Dat het meestal niet echt schuldgevoel is. Dat het alleen schuldgevoel is, als je in strijd met je normen en waarden hebt gehandeld. Ik handelde juist erg naar mijn normen en waarden, zoals ik jou dat ook zie doen. We zijn allebei altijd al mensenrechtenactivisten geweest. Desondanks maakte ik fouten, beschadigde ik, begreep ik niet, greep ik niet in en luisterde ik soms hele periodes niet goed naar mijn kinderen. Er ging meer mis dan goed voor ze was. Wat ik voel is geen schuldgevoel, ik voel hun pijn. Ik voel spijt. Dat ik niet beter wist, dat ik niet anders deed. Gelukkig maar dat ik dat voel, ik ben hun moeder.
Ik heb mijn kinderen altijd op de eerste plek gezet. Ook op de momenten dat dat niet te doen was. Dan wilde ik met hun vader strijden, omdat het zo oneerlijk was. Maar dan dacht ik: is dit in het belang van mijn kinderen? Ik heb mezelf, mijn ego, mijn pijn en gekrenktheid opzij geschoven. Omdat zij klein waren en afhankelijk en ik niet kon leven met mezelf als ik het anders had gedaan. Ik moederde bewust. Bewust anders dan mijn eigen ouders. Niet die hoge eisen. Prestaties waren niet het allerbelangrijkste. Niet zo zwart-wit en streng, dogmatisch en ouderwets.
Ik had ergens gelezen, of gehoord, waarschijnlijk bij Oprah - wij hadden nog geen TikTok en Instagram, we hadden alleen maar Oprah - dat je je kinderen net zo lang moest knuffelen tot zij jou loslaten. Dat het belangrijk is dat ze weten dat je ze draagt. Vanaf dat moment heb ik het nooit anders gedaan. Ik leerde dat tegenover één negatieve opmerking tientallen positieve opmerkingen moesten staan, omdat een negatieve opmerking zoveel zwaarder weegt. Vanaf dat moment zei ik niet alleen veel meer positieve dingen tegen ze, maar ook veel minder negatieve. Ik besprak zulke inzichten met mijn beste vriendin. We spraken elkaar aan, stimuleerden, steunden en confronteerden elkaar zo veel als nodig was. Zij en Oprah waren mijn walvis pod, met nog een aantal andere vriendinnen.
Ik deed zoveel goed, ondanks dat ik niet wist waar ik aan begon, ondanks dat ik vol onverwerkt trauma zat. Ik zocht en probeerde en viel, stond weer op en viel opnieuw.
En als ik nu kijk naar die drie, dan word ik blij. Ik werk iedere dag aan de relatie met hen. Ik ben kwetsbaar, open, liefdevol. Mijn geheelde hart gloeit van trots en liefde en ik zie hoe goed die levende pijlen terecht zijn gekomen, ondanks mijn krakkemikkige boog.
Jij vraagt je af of je moeder wilt worden, ik heb geen antwoord op die vraag, maar als ik jou nu vergelijk met mij toen, voordat ik moeder was, zie ik wezenlijke verschillen. Jij bent je bewust van je pijn, je trauma’s, je gebrekkige hechting. Jij hebt een intensief therapie traject gevolgd, ik pas toen mijn kinderen al uit huis waren. Jij staat stil bij de vraag of je ouder wil zijn, of dat op jouw pad ligt en je maakt er een gedegen studie van. Ik twijfelde oneindig over Knorr of Maggi saus voor over de pasta (inmiddels weet ik dat je die altijd helemaal zelf maakt, zonder zakjes) maar kreeg in no time drie kinderen, zonder daar enige kritische gedachte, zelf assessment of partner assessment aan te wijden. Ik denk dat jij het dus nu al stukken beter doet, maar ik benijd je niet.
Je zit nu in die ongemakkelijke liminale tijd. Die tussenfase van hoe je leven is en hoe je leven wordt, na het besluit dat je neemt. Want je leven zal hoe dan ook veranderen. Wat ik heb geleerd, is dat het belangrijk is om daar helemaal te zijn, in de liminale fase. Zo lang als het duurt, zonder haast. Zit daar, voel wat er is. Onderzoek, beschouw, vraag en voel opnieuw. Adem in en adem uit. En vertrouw bovenal op het proces.
“Hoe leg ik uit dat ik bang ben dat elke klank, elk nieuw woord mij zal herinneren aan de dagen dat ik mijn klanken inslikte omdat er niemand was om ze tegen uit te spreken?” vroeg je in je brief.
Ik denk dat de echo van die pijn er altijd zal zijn, kinderen of geen kinderen. Heb je weleens overwogen dat de gekozen afwezigheid van een kind ook een herinnering aan het inslikken van jouw klanken kan zijn? Misschien is het zelfs een nieuwe variant van het inslikken van jouw klanken.
Het leven is een caleidoscoop. Wat er precies in het buisje zit weten we niet en als je de caleidoscoop draait, zie je telkens andere kleuren en figuren, ook al verandert de inhoud niet. In de caleidoscoop van jouw leven zit de optie van geen kinderen, de optie van wel kinderen en nog een aantal andere opties die wij misschien niet eens kunnen bedenken. Welke optie het uiteindelijk wordt, hangt af van diverse factoren, waaronder de keuze die je uiteindelijk maakt: de manier waarop je de caleidoscoop besluit vast te houden. Alle uitkomsten zijn helemaal goed. Er is niet maar één waarheid, er is niet maar één goed antwoord op je vraag. Elk pad zal pijnlijk zijn en mooi en ongelooflijk ingewikkeld. Op enig moment neem je een besluit (geen besluit nemen is ook een besluit) en dan is dat het. Er is niet zoiets als de perfecte keuze, of de beste keuze. Alles is goed, en er is veel mogelijk. Maar uiteindelijk gaan de dingen zoals ze gaan en zul je het daar mee moeten doen. De kleuren en figuren die je gaat zien zullen hoe dan ook mooi zijn, gelaagd en complex.
Ik geef je een dikke knuffel, net zo lang tot jij mij loslaat.
Xan
Klopt het dat je alleen betaald kan abonneren met een creditcard? Would love to read more of this, maar heb helaas geen cc...
Xan, wat heb je dat prachtig beschreven, het niet weten en het toch anders doen. Je kinderen op de eerste plek zetten, ook al ging dat ten koste van je eigen behoefte. Het zien van je kinderen als eigen persoon en stil kunnen staan bij hun pijn. Dat is moederschap in al haar facetten volgens mij.